Johannesburg is een stad met vele gezichten waar je getuige bent van veel hoogte- en dieptepunten van de Zuid-Afrikaanse geschiedenis. Deze kolossale metropool heeft dure kantoren, chique restaurants, winkels, universiteiten en 'glamorous' uitgaansgelegenheden gelegen in het blanke zakencentrum en in de rijke wijken als Sandton en Melville. Maar in en rond Johannesburg bevinden zich ook de meest armoedige sloppenwijken van het land, met hoge misdaadcijfers waar je als toerist nooit zonder begeleiding heen kunt. De stad is letterlijk en figuurlijk op goud gebouwd. In 1886 vond de Australiër George Harrison het zeer geliefde blinkende metaal en veroorzaakte de langste goudkoorts aller tijden. Goudzoekers vanuit de hele wereld stroomden naar ‘Jo’Burg’ en zo groeide de stad binnen drie jaar uit tot de grootste stad van het land.
De stad kreeg de bijnaam ‘Egoli’: de stad van het goud. Toch heeft de stad geen gouden geschiedenis door de enorme strijd tussen blank en zwart. Vandaag de dag gonst het in de stad van de ondernemingslust onder de bijna 5 miljoen inwoners. Hoewel de misdaadcijfers er niet om liegen, lijkt de strijd tegen de criminaliteit zijn vruchten af te werpen. De sloppenwijken beginnen zich beter te organiseren en zwarten krijgen meer kansen. Zo lijkt de beroemde wijk Soweto – met zo'n 3,5 miljoen inwoners – enigszins uit de misère te krabbelen. Hier leven hier nog vele zwarten in een armzalige toestand. Toch is er een nieuw saamhorigheidsgevoel tussen de ‘Joey's’ te bespeuren.
Op cultureel vlak heeft de stad meer te bieden dan andere steden. Theater, jazz en andere kunstvormen worden steeds populairder en er zijn vele leuke markten. Johannesburg heeft namelijk een aantal interessante attracties. Heel Johannesburg swingt van muzikaliteit, dat bewijzen ook vele goede bars in Melville en Gauteng, hippe districten waar het 's nachts misschien wel levendiger is dan overdag.